We zijn graag jouw huispotheker. 24 u op 24 u, 7 dagen op 7 staan we voor u klaar met advies!
Dit geneesmiddel heeft als werkzaam bestanddeel montelukast.
Montelukast is een leukotrieenreceptorantagonist. Het blokkeert bepaalde stoffen, leukotriënen genoemd. Leukotriënen veroorzaken een vernauwing en zwelling van de luchtwegen in de longen. Door de leukotriënen te blokkeren, verbetert dit geneesmiddel de symptomen van astma, helpt het astma te controleren en helpt het seizoensgebonden allergieën (ook bekend als hooikoorts of seizoensgebonden allergische rhinitis) te controleren.Uw arts kan dit geneesmiddel voorschrijven
Montelukast 10 mg kan gebruikt worden door volwassenen en adolescenten vanaf 15 jaar.Montelukast dient niet om een astma-aanval te behandelen.
De dosering voor volwassenen en adolescenten vanaf de leeftijd van 15 jaar met astma, of met astma en gelijktijdig bestaande seizoensgebonden allergische rhinitis, is 1 tablet van 10 mg per dag 's avonds.
Algemene aanbevelingen. SINGULAIR heeft binnen een dag een therapeutisch effect op de controleparameters van astma. SINGULAIR kan met of zonder voedsel worden ingenomen. Patiënten moeten de instructie krijgen om zowel in perioden waarin de astma onder controle is als in perioden waarin de astma verergert SINGULAIR te blijven gebruiken. SINGULAIR mag niet gelijktijdig worden gebruikt met andere producten die dezelfde werkzame stof, montelukast, bevatten.
De dosering hoeft niet te worden aangepast bij ouderen of patiënten met nierinsufficiëntie of lichte tot matige leverinsufficiëntie. Er zijn geen gegevens bekend over patiënten met ernstige leverfunctiestoornissen. De dosering is voor mannelijke en vrouwelijke patiënten gelijk.
Behandeling met SINGULAIR in relatie tot andere astmabehandelingen.
SINGULAIR kan aan het bestaande behandelingsschema van de patiënt worden toegevoegd.
Inhalatiecorticosteroïden: SINGULAIR kan worden toegevoegd aan de behandeling van patiënten bij wie inhalatiecorticosteroïden met kortwerkende ß-agonisten, naar behoefte gebruikt, geen afdoende klinische beheersing geven. Inhalatiecorticosteroïden mogen niet abrupt door SINGULAIR worden vervangen (zie rubriek 4.4).
Voor kinderen van 6 t/m 14 jaar zijn kauwtabletten met 5 mg beschikbaar.
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor één van de hulpstoffen.
Bij een pollenallergie:
Bij een huisstofmijtallergie:
Bij een allergie voor schimmels:
Bij een allergie voor huisdieren:
In sommige gevallen is het noodzakelijk een arts te raadplegen.
Mensen met astma zijn vaak extra gevoelig voor prikkels zoals cosmetica, inspanning, luchtvervuiling, geneesmiddelen, stoffen in de lucht, tabaksrook, virusinfecties, weersomstandigheden,... .
Iedereen weet dat roken de gezondheid schaadt. Maar voor mensen met astma is roken nog ongezonder dan voor anderen. De luchtwegen raken door de rook gevoeliger voor prikkels en vernauwen steeds sneller. Rokers met astma krijgen daardoor steeds vaker last van benauwdheid, hoesten en het opgeven van slijm en verhogen zo hun kans op een astma-aanval.
Roken verhoogt ook de kans op blijvende vernauwingen van de luchtwegen, zoals deze ook bij COPD aanwezig zijn. Ook hierdoor kunnen de klachten verergeren. Een ander nadelig gevolg is dat het effect van de behandeling door het roken sterk verminderd of zelfs tenietgedaan kan worden. Om deze redenen wordt mensen met astma sterk aangeraden om te stoppen met roken.
Voor sommige is het advies om te stoppen met roken voldoende. Zij raken nooit meer een sigaret aan. De meeste rokers vinden het heel moeilijk om te stoppen. Zorg daarom dat je het goed voorbereidt. Raadpleeg je arts of apotheker als je overweegt te stoppen. Dan bespreken zij wat de moeilijkheden kunnen zijn en hoe je daar het beste mee om kunt gaan. Met hulpmiddelen lukt het vaak beter om te stoppen. Bijvoorbeeld met middelen die het tekort aan nicotine aanvullen, zoals nicotine-kauwgom of -pleisters. Zo kun je eerst de gewoonte van het roken afleren, terwijl je nog wel nicotine binnenkrijgt. Daarna ga je pas de hoeveelheid nicotine verminderen. Behalve nicotine bevat sigarettenrook ook andere verslavende stoffen. Daardoor heb je met een nicotinekauwgom of -pleister vaak toch nog behoefte aan roken. Je moet dus zelf ook echt willen stoppen om door te zetten en het werkelijk vol te houden.
Stoppen met roken is moeilijk. Het helpt als je omgeving je hierbij ondersteunt. Vertel aan de mensen om je heen dat je wilt stoppen. Samen lukt het vaak beter. Stoppen met roken kan ook in een groep, onder leiding van een deskundige.
Voor meer informatie en adviezen over stoppen met roken kun je naar de website van 'Tabakstop' gaan.
Veel mensen die roken kunnen zich een leven zonder sigaretten nauwelijks voorstellen. Dit komt omdat de nicotine in sigaretten verslavend is: je hebt deze stof steeds opnieuw nodig. Daarnaast is het roken verbonden aan allerlei dagelijkse handelingen. Je rookt een sigaret bij de koffie, na het eten, gezellig bij een glaasje wijn enzovoort. Als je bent gestopt met roken, word je bij deze alledaagse gewoonten steeds weer aan het roken herinnerd.
Misschien ben je al een keer gestopt en vervolgens toch weer begonnen. Daarin ben je niet de enige. De meeste mensen hebben namelijk ongeveer drie of vier pogingen nodig om uiteindelijk van het roken af te komen. Het lijkt daardoor misschien bijna onmogelijk om met roken te stoppen.
Overigens zijn eerdere ervaringen met stoppen vaak erg nuttig: je leert zo precies wat de moeilijke momenten zijn. Die ervaring kun je gebruiken als je opnieuw wilt stoppen. Je kunt oplossingen bedenken voor problemen die zich de vorige keer bij het stoppen voordeden.
Stoppen met roken is misschien zelfs makkelijker dan je denkt. Veel ex-rokers zeggen dat het stoppen meeviel. Je zult waarschijnlijk een paar weken lang af en toe sterk naar een sigaret verlangen. En ook na die eerste weken zal het verlangen naar een sigaret nog wel eens de kop opsteken. Maar na een maand merk je dat het stoppen al een stuk makkelijker gaat. Je hebt minder vaak moeilijke momenten. De lichamelijke voordelen merk je al snel. Na acht uur is de hoeveelheid zuurstof in het bloed weer normaal. Na twee dagen is je smaak- en reukvermogen al aanzienlijk verbeterd. Ook krijg je een gezondere kleur in je gezicht en voelen je handen en voeten warmer aan.
Als het stoppen echt is gelukt, is vrijwel iedereen erg opgelucht. Bijna iedereen die al een tijd rookt heeft er spijt van ooit te zijn begonnen met roken. Maar er is niemand die spijt heeft met roken gestopt te zijn.
Dat mensen blij zijn als het ze lukt om te stoppen is begrijpelijk. Er zijn veel redenen om te stoppen. Je zult ze waarschijnlijk al kennen.
Hoe langer je rookt, des te groter de kans op ernstige aandoeningen, zoals hart- en vaatziekten of longkanker. Jaarlijks sterven er ongeveer 9000 Vlamingen aan de gevolgen van roken.
Voor sommige mensen is roken nog schadelijker dan voor anderen. Dat geldt voor mensen met diabetes, hoge bloeddruk, verhoogd cholesterol en overgewicht. Dit komt omdat zij toch al een verhoogde kans op hart- en vaatproblemen hebben (hartaanval, beroerte). Het roken komt daar nog eens bij, zodat er een optelsom van risico's ontstaat. Ook werken sommige geneesmiddelen minder goed als je rookt, bijvoorbeeld geneesmiddelen bij diabetes of bloeddrukverlagers. Door te stoppen met roken maak je de risico's een stuk kleiner.
Stoppen betekent uiteindelijk: steeds opnieuw besluiten geen sigaret op te steken, net zolang totdat je geen zin meer hebt in een sigaret. Die besluiten neem je zelf. Stoppen met roken is je beslissing.
Het is daarom goed eerlijk na te denken over het roken. Wat vind je zelf van het roken? Wil je werkelijk stoppen of doe je het eigenlijk voor een ander, bijvoorbeeld je partner of arts? Zorg ervoor dat je je eigen reden(en) hebt om te stoppen.
Je hebt al gelezen over redenen om te stoppen. Lees ze nog eens door en ga na wat deze redenen voor je betekenen. Wat vind je er van? Probeer op deze manier je redenen te bedenken waarom je wilt stoppen met roken.
Een nuttige methode om dit te doen is om het stoppen met roken te zien als een soort weegschaal. Aan de ene kant zet je de voordelen, aan de andere kant de nadelen. Naar welke kant slaat de schaal door? Een voordeel van zo'n aanpak is dat je een helder beeld krijgt van wat je nou eigenlijk vindt over je roken.
Roken is een verslaving. Op eigen kracht een verslaving doorbreken is veel moeilijker dan dit doen met ondersteuning. Ondersteuning is daarom een belangrijk onderdeel van het stopproces.
Er is veel ondersteuning beschikbaar. Je kunt denken aan begeleiding, aan farmacologische hulpmiddelen zoals nicotinevervangende middelen, of aan een combinatie van deze twee (een combinatie heeft het grootste effect.) Een goede eerste stap is om hulp te vragen aan je huisarts of apotheker. De huisartsen bieden een eenvoudig programma aan, waarbij je wordt gesteund om met roken te stoppen. Je kunt ook op andere manieren stoppen met roken via ‘Tabakstop’. Voor meer informatie kun je naar hun website gaan.
Natuurlijk is de steun van familie en vrienden belangrijk. Vertel je vrienden en familie dat je gaat stoppen. Vertel het vooral aan mensen van wie je weet dat ze je met raad en daad kunnen ondersteunen. Mensen van wie je weet dat ze je in de verleiding kunnen brengen weer te gaan roken, kun je in die eerste periode beter vermijden.
Als je partner rookt, is het aan te raden om samen te stoppen. Dat kan het voor beiden makkelijker maken. Bovendien: als je stopt terwijl je partner blijft roken, blijf je ongezonde rook inademen. Dit meeroken is schadelijk voor je gezondheid: de kans op bepaalde aandoeningen, zoals COPD of kanker neemt hierdoor toe. Je partner moet natuurlijk wel zelf achter het stoppen staan. Probeer daarom samen na te denken over de voor- en nadelen van het stoppen. Zet deze bijvoorbeeld in een ‘weegschaal' (zie hierboven).
Als je geen partner heeft, kun je misschien een ander of anderen vinden die ook willen stoppen, bijvoorbeeld een collega of een goede vriend(in). Zorg er wel voor dat je je niet afhankelijk voelt van degene met wie je stopt. Het stoppen blijft je eigen verantwoordelijkheid.
Spreek met jezelf af dat je gaat stoppen en prik - samen met je begeleider - een datum. Hierdoor kun je je ergens op richten en je zo goed mogelijk voorbereiden. Vertel aan zo veel mogelijk mensen dat je gaat stoppen. Dat maakt het makkelijker voor je om ook echt de stap te zetten.
In de periode voordat je definitief stopt kun je alvast minderen met roken. Probeer elke dag bijvoorbeeld een sigaret minder te roken in aanloop tot de stopdatum. Probeer bijvoorbeeld de makkelijkste sigaretten over te slaan. Als je meer dan 10 sigaretten per dag rookt kun je ook alvast nicotinevervangers gaan gebruiken om ontwenningsverschijnselen tegen te gaan.
Kies een goed moment om te stoppen. In een erg drukke periode met veel spanning is het waarschijnlijk moeilijker om niet te roken. Veel mensen vinden een vakantie een goede tijd om te stoppen: ze zijn dan meer ontspannen, zitten niet vast in allerlei gewoonten (waarvan roken er één is) en hebben veel afleiding. Andere mensen vinden het juist prettig om te stoppen als zij in hun dagelijkse routine zitten. Ze kunnen hun routine dan aanpassen om moeilijke momenten te voorkómen.
Ontwenningsverschijnselen ken je al een beetje. Als je langer dan je gewend bent niet rookt, word je onrustig, nerveus, je krijgt klamme handen, en vooral: zin in een sigaret. Als je helemaal met roken stopt, krijg je van al deze (en nog andere) verschijnselen last. Bij ongeveer de helft van de mensen beginnen deze ontwenningsverschijnselen tijdens de eerste 24 uur van het stopproces en zijn meestal op de tweede of derde dag het sterkst (de nicotine is dan volledig uit het bloed verdwenen als je stopt zonder nicotinevervanger). Je kunt te maken krijgen met de volgende verschijnselen:
Deze klachten zijn op zich niet ernstig, maar wel vervelend. Zo vervelend dat ze je in de verleiding brengen weer een sigaret op te steken. Maar je kunt ook anders tegen deze ontwenningsverschijnselen aankijken. Je kunt ze als positief zien: ze geven immers aan dat je lichaam tegen de rookverslaving aan het vechten is! Op deze manier worden misselijkheid of onrust juist tekenen dat je goed bezig bent en dat je aan de winnende hand bent in het gevecht met de verslaving.
Nicotine is al na 48 uur uit je lichaam verdwenen. De ontwenningsverschijnselen worden meestal na twee weken al minder. In de daaropvolgende weken nemen ze verder af en ten slotte verdwijnen ze helemaal. De meeste tijd bent je kwijt om het roken los te koppelen van bepaalde momenten, handelingen, emoties of personen.
Wel kunnen de verschijnselen sterk wisselen. Net als je een goede dag heeft gehad, krijg je een dag waarin je alleen maar aan roken kunt denken. Ga dan voor jezelf na welke omstandigheden het je op die dag lastiger maakten. Bedenk dan wat je aan die omstandigheden kunt veranderen om het stoppen makkelijker vol te houden.
Als je meer dan tien sigaretten per dag rookt, is het aan te raden hulpmiddelen te gebruiken die de ontwenningsverschijnselen helpen onderdrukken. De voorkeur gaat uit naar nicotinevervangende middelen. Andere geneesmiddelen kunnen vanwege de eventuele bijwerkingen beter als tweede keuze worden beschouwd. Vooral in combinatie met begeleiding, van je (huis)arts, een begeleider van een rookstopcentrum of een stoppen-met-rokenprofessional, blijkt het gebruik van hulpmiddelen succesvol.
Wanneer je nicotinevervangende middelen gebruikt, krijg je lichaam nog nicotine binnen. Hierdoor kun je je gewoonten veranderen zonder dat je steeds door nicotineontwenning wordt herinnerd aan het roken. Nicotinevervangers zijn verkrijgbaar in de vorm van kauwgom, pleisters, zuigtabletten en tabletjes voor onder de tong. Lees altijd eerst goed de gebruiksaanwijzing of laat je adviseren door je (huis)arts of apotheker.
Informeer bij je mutualiteit of de nicotinevervangende middelen worden terugbetaald.
Je (huis)arts kan ook andere geneesmiddelen voorschrijven. Vanwege de bijwerkingen die kunnen optreden is het aan te raden om eerst andere manieren te proberen.
Bupropion
Je (huis)arts kan bupropion (Zyban®) voorschrijven. Dit geneesmiddel is oorspronkelijk een middel tegen depressie, maar heeft daarnaast als bijwerking dat het de zin naar roken tegengaat.
Het middel wordt gegeven in een kuur van negen tot twaalf weken, die één tot twee weken voor de stopdatum begint.
Het middel kan bijwerkingen hebben, zoals slapeloosheid, misselijkheid en een droge mond. Het is niet makkelijk deze te onderscheiden van de ontwenningsverschijnselen. Bedenk dat bupropion niet gecombineerd mag worden met sommige hartmiddelen, waaronder bètablokkers en geneesmiddelen voor hartritmestoornissen. Overleg daarom altijd met je (huis)arts.
Bupropion wordt alleen terugbetaald mits attest van de adviserend geneesheer van je mutualiteit als je ouder bent dan 35 jaar en aan COPD lijdt. Je moet dan ook een bewijs kunnen voorleggen van professionele begeleiding tijdens je hele stoptraject. De vergoeding kan worden toegestaan tot maximum één verpakking van 100 tabletten van 150 mg per poging tot stoppen met roken en tot maximum 3 pogingen over een periode van 5 jaar, met elke keer tenminste 6 maanden tussen 2 pogingen. De behandelende arts maakt het aanvraagformulier op. Er is geen tussenkomst voorzien voor het startpakket.
Bupropion is alleen op voorschrift verkrijgbaar.
Sommige artsen schrijven nortriptyline (Nortrilen®) voor, omdat dit een vergelijkbare werking heeft en goedkoper is. Dit middel is echter niet officieel geregistreerd als middel om het stoppen met roken te ondersteunen. Bovendien is het middel niet geschikt voor mensen die hartproblemen hebben!
Varenicline
Varenicline (Champix®) is een geneesmiddel dat speciaal is ontwikkeld voor stoppen met roken. Het middel gaat de ergste zin in roken tegen en vermindert de ontwenningsverschijnselen. Wanneer iemand toch rookt terwijl hij varenicline gebruikt, dan blijft het prettige gevoel door het roken weg.
Eén á twee weken voor de stopdatum begin je dit geneesmiddel te gebruiken. Dit houd je twaalf weken vol. De belangrijkste bijwerking is misselijkheid. Ook slapeloosheid en (angst)dromen kunnen voorkomen. Als je veel last hebt van bijwerkingen, waarschuw dan je arts.
Je ziekenfonds betaalt (éénmalig) een doos Champix® terug. Je arts moet daarvoor een aanvraag indienen bij de adviserende arts van je ziekenfonds. Je moet minstens 18 jaar zijn en verklaard hebben om professionele begeleiding te volgen. Er wordt slechts éénmalig één verpakking van 140 tabletten van 1 mg vergoed.
Een overzicht van alle hulpmiddelen en hulpmethoden vind je op de website van Tabakstop: www.tabakstop.be
Vrijwel iedereen krijgt te kampen met een bij momenten hevige zin in een sigaret. Vaak gebeurt dit op ‘speciale momenten', bijvoorbeeld na het avondeten of in gezelschap van vrienden. Het kan zijn dat je hierop voorbereid bent en weet dat zo'n moment gaat komen. Maar het kan ook zijn dat je er door wordt overvallen.
Zo'n moment kan eindeloos lijken, maar in werkelijkheid duurt deze hevige trek meestal maar één of twee minuten. Daarna wordt de trek vanzelf minder en vergeet je weer dat je een sigaret wilde. De trek in een sigaret zal bij het begin van het stoppen heviger zijn. Naarmate je langer bent gestopt, merk je dat je minder vaak aan sigaretten denkt.
Het kan helpen om op zulke momenten je aandacht van de sigaret af te leiden. Dat kan op allerlei manieren:
De meeste mensen die roken doen dit de hele dag. Toch hebben veel mensen bepaalde momenten waarop ze het liefste roken: ‘s ochtends bij de koffie, na het eten, bij een borreltje, in het café, met bepaalde kennissen enzovoort. Het kan helpen om, zeker in de eerste weken dat u niet rookt, deze situaties zo veel mogelijk uit de weg te gaan. Zo kun je heel wat momenten ontlopen waarop je zin krijgt in een sigaret.
Veel mensen die stoppen met roken komen aan. Het gemiddelde ligt tussen de 2,5 en 6 kilo, maar dit verschilt natuurlijk per persoon. Je kunt aankomen om verschillende redenen:
Voorkomen dat je aankomt is op zich eenvoudig: beweeg meer, eet minder extraatjes en meer basisvoeding (zoals brood, groente en fruit). Bewegen kan ook helpen bij het omgaan met ontwenningsverschijnselen. Je kunt bijvoorbeeld denken aan wandelen of fietsen. Het hoeft dus niet te betekenen dat je meteen intensief moet gaan sporten. Ontwenningsverschijnselen kunnen lijken op 'een hongergevoel'. Een druivensuikertablet kan dat gevoel wegnemen. Stoppen met roken en minder eten is een erg lastige opgave. Je kunt beter eerst stoppen met roken, ook als je dan iets aankomt. Als je ongeveer drie maanden bent gestopt, kun je proberen iets af te vallen. Eventueel kun je een diëtiste om raad vragen.
De huisarts of coach kan je begeleiden bij het stoppen met roken. Dit gebeurt volgens een bepaalde methode. Eerst wordt het stoppen voorbereid. De begeleider kijkt hoe je rookgedrag is (hoeveel, wanneer, hoe lang al enzovoort). Ook bespreekt hij of zij de redenen om te stoppen. Verder wordt bekeken welke problemen zich bij het stoppen kunnen voordoen en hoe je hiermee het beste om kunt gaan. Ten slotte wordt een stopdatum afgesproken en een definitieve keuze gemaakt voor hulpmiddelen.
Je kunt je ervaring delen met andere rokers in groepssessies. Tijdens deze sessies praat je onder begeleiding van een gespreksleider (tabakoloog). In deze groepssessies kan iedereen zijn problemen en motivaties kwijt. Zo kun je elkaar steunen en nuttige tips geven. Deze zelfhulpgroepen bestaan in diverse vormen en de werking ervan kan dus verschillen.
Voor meer informatie kun je naar de website www.tabakstop.be gaan of bellen naar het gratis nummer 0800 111 00.
Je kunt ook telefonische begeleiding nemen. Zo krijg je de hulp van een professionele tabakoloog zonder dat je je hoeft te verplaatsen. De telefonische begeleiding is een begeleidingsmethode die de Tabakstop heeft opgezet die intensieve begeleiding biedt, om rokers te helpen stoppen met roken. Voor meer informatie klik hier.
De ICoach is een gratis interactief programma dat je kan helpen te stoppen met roken. Het biedt verschillende hulpmiddelen zoals een dagboek, forum, grafieken,… Je kunt de ICoach raadplegen wanneer je dit het beste vindt. Voor meer informatie klik hier.
Je kunt ook contact opnemen met:
De tabakoloog zal een persoonlijke strategie samen met je opstellen. Daarna zal hij/zij naar je luisteren en steunen doorheen het ontwenningsproces. Ook zal de tabakoloog werken aan je motivaties. Voor meer informatie klik hier.
In sommige ziekenhuizen, medische centra, … kun je terecht voor specifieke rookstop begeleiding. Dit zijn zogenaamde rookstopcentra. Hier geven ze je soms een totaalaanpak. Zo staan er verschillende hulpverleners zoals tabakologen en psychologen klaar om je te begeleiden. Voor mee informatie klik hier.
Gedragstherapie wil zeggen dat je met een psycholoog of psychiater praat over je ‘rookgedrag'. Dat rookgedrag is niet alleen het roken zelf, maar alles wat daarmee te maken heeft. Bijvoorbeeld: als je nerveus bent ga je meer roken. Wie zijn eigen rookgedrag begrijpt, zal makkelijker kunnen stoppen. Voor meer informatie klik hier.
Er zijn veel methoden om van het roken af te komen, te veel om hier allemaal op te noemen. We beschrijven een paar methoden waarbij verschillende mensen baat hebben gehad, maar waarvan niet of nog niet voldoende wetenschappelijk is vastgesteld dat ze werken.
Acupunctuur wil zeggen dat met kleine naaldjes de energiebanen in het lichaam worden verdoofd of juist geprikkeld. Bij sommige mensen helpt dit om de ontwenningsverschijnselen in de hand te houden, zodat de eerste weken wat makkelijker zijn. Vaak wordt er met kleine naaldjes in het oor geprikt (oor-acupunctuur). Zie de Gouden Gids onder acupunctuur. Let er op dat de acupuncturist is aangesloten bij de Belgische Vereniging van Geneesheren-Acupuncturisten: http://www.acupunctuur.be/.
Deze behandeling lijkt op acupunctuur. Met een bepaalde soort laser worden bepaalde lichaamspunten behandeld, zodat de behoefte aan nicotine vermindert. Voor meer informatie kun je kijken op de website van ‘Stop met Roken’: http://www.stopmetroken.nu/.
Door je onder hypnose te brengen probeert een therapeut je motivatie om te stoppen te versterken. Ook wordt geprobeerd ontwenningsverschijnselen te verminderen. Je kunt best naar een arts gaan die aangesloten is bij de Vlaamse Wetenschappelijke Hypnotherapievereniging: http://www.vhyp.be/.
Veel mensen zeggen baat te hebben gehad bij het boek Stoppen met roken van Alan Carr. In dat boek wordt op een duidelijke manier het rookgedrag beschreven. De bewering van Carr is: wie éénmaal inziet dat het roken niet meer is dan een verslaving en begrijpt hoe deze verslaving precies werkt, zal weinig moeite meer hebben om de verslaving te doorbreken. Stoppen met roken is dan opeens veel makkelijker. Voor meer informatie over alternatieve methoden kun je naar de website van ‘Tabakstop’ gaan.
- www.tabakstop.be
- http://www.tabakologen.be/
- https://www.rookstopmethulp.be/
- http://www.ikstopmetroken.com/
- www.stopmetroken.nu
- http://www.komopenstop.be/
Aarzel niet om contact op te nemen met je apotheker en/of arts.
Mensen met astma wordt aangeraden regelmatige te bewegen en te sporten. Bewegen helpt om de conditie te verbeteren en meer ademcapaciteit te krijgen. De klachten kunnen verminderen en de kwaliteit van leven neemt toe.
Astma-aanvallen verschillen in ernst, van mild tot zeer ernstig.
Milde aanval
Matig ernstige aanval
Ernstige aanval
Zeer ernstige aanval
Zeer ernstige aanval met dreigende ademhalingsstilstand
Deze signalen betekenen dat je klachten niet onder controle zijn. Maak zo snel mogelijk een afspraak met je arts en pas samen de behandeling aan. Een aanval kan dan vaak voorkomen worden.
In bepaalde gevallen neemt de kans op een ernstige aanval toe. Let in deze gevallen goed op of een een aanval voelt aankomen:
Algemeen:
Bij een aanval:
Na een aanval:
Onderstaande tips zijn bedoelt voor de omgeging.
In bepaalde situaties moeten mensen met astma extra opletten, omdat ze dan meer kans hebben op klachten.
Infecties maken de luchtwegen gevoeliger voor prikkels, zodat de kans groter is dat je benauwdheidsklachten krijgt. Probeer luchtweginfecties zoveel mogelijk te voorkomen:
Sommige vrouwen merken dat ze een paar dagen voor de menstruatie meer klachten hebben. Ook tijdens de menstruatie kunnen klachten toenemen. Indien je klachten door de menstruatie toenemen, kun je met de arts afspreken om je medicatiegebruik in die periode aan te passen.
Bij inspanningsastma ontstaan klachten tijdens of na de inspanning. Ongeveer 70 tot 90 procent van alle mensen met astma heeft hier last van.
Patiëntenfolder
wat is astma - hoe ontstaat het - behandeling - wanneer je arts contacteren
hoe werkt het - het het geneesmiddel nemen - wat bij een vergeten dosis - hoelang nemen - mogelijke nevenwerkingen - wat met alcohol - wat met autorijden - wanneer je arts contacteren
Eén filmomhulde tablet bevat natriummontelukast, overeenkomend met 10 mg montelukast.
Hulpstof: lactosemonohydraat 89,3 mg per tablet.
Microkristallijne cellulose
Lactosemonohydraat
Natriumcroscarmellose
Hyprolose (E 463)
Magnesiumstearaat.
De film-omhulling:
Hypromellose
Titaandioxide (E 171)
Rood en geel ijzeroxide (E 172)
Carnaubawas.
Wat is eosinofiel astma - enkele ervaringen - longprofiel - nuttige hulpmiddelen
wat is astma - wat is allergie - wat is COPD - allergeenarm huis - publicaties en hulpmiddelen
Prijs incl. btw: Vermelde prijs is inclusief BTW en onder voorbehoud van prijswijzigingen en of typfouten.